Vraag: Vallen strikt noodzakelijke toegangen en opritten onder de maximale oppervlakte van 80 m2 voor de toepassing van artikel 2.1 van het Vrijstellingsbesluit?

Antwoord:

Artikel 2.1 van het Vrijstellingsbesluit stelt dat een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen niet vereist is voor:

  • 8° de plaatsing van niet-overdekte constructies in zijtuin en achtertuin, ingeplant tot op 1 meter van de perceelsgrens of tot tegen een bestaande scheidingsmuur, voor zover de gezamenlijke oppervlakte van dergelijke constructies, met inbegrip van alle bestaande niet-overdekte constructies in zijtuin en achtertuin, 80 m2 niet overschrijdt
    (bijvoorbeeld: siervijvers, terrassen, zwembaden, zonnepanelen, maar ook paden, opritten of bovengrondse gastanks);
  • 9° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen;

Strikt noodzakelijke toegangen en opritten zijn op zichzelf vrijgesteld door artikel 2.1, 9° Vrijstellingsbesluit. Deze moeten dus niet dus niet voldoen aan de voorwaarden voorzien in 8° van voormeld artikel. De bepaling in 8° en 9° staan met andere woorden los van elkaar.

Opgelet, de aanleg van een niet strikt noodzakelijke toegang of oprit kan mogelijks wel worden vrijgesteld onder de bepaling in 8°, als deze beperkt blijft tot 80 m² en op voorwaarde dat deze aangelegd wordt in de zijtuin en/of de achtertuin (Toelichting Meldingsbesluit). Een pad naast het huis dat toegang geeft tot de achtertuin in dolomiet telt bijvoorbeeld mee voor de maximale verharding van 80 m² om een vrijstelling te kunnen bekomen (FAQ Departement Omgeving).

Wat moet worden begrepen onder een’ strikt noodzakelijke toegang tot de woning’ of wat wordt gedefinieerd als ‘oprit’ is een feitenkwestie die wordt beoordeeld met inachtneming van het redelijkheidsbeginsel. Noodzakelijke toegangen moeten evenwel beperkt worden geïnterpreteerd. Deze restrictieve lezing volgt letterlijk uit de bewoording in 9° dat er pas een vrijstelling mogelijk kan zijn als het wél gaat om een strikt noodzakelijk toegang of oprit. Zo worden de toegang tot de voordeur of de garage hieronder wel begrepen en parkeerplaatsen in de voortuin niet, omdat deze niet noodzakelijk zijn als toegang tot de woning (Vr. en Antw. Vl.Parl., Vr. nr. 321, 2 april 2019 (I. PIRA, antw. K. VAN DEN HEUVEL)).