Vraag: Kan een bestaand gebouw meerdere hoofdfuncties hebben?

Antwoord:

Een gebouw heeft vaak slechts één hoofdfunctie (bv. de klassieke gezinswoning), maar een gebouw met een nevenfunctie komt ook geregeld voor in het straatbeeld (bv. een woning die wordt betrokken door een arts en zijn gezin (hoofdfunctie: wonen), waarbij een deel van de woning gebruikt wordt als dokterspraktijk (nevenfunctie: uitoefening vrij beroep)).

Grotere gebouwen (in steden of verdichte woonkernen) hebben vaak meerdere hoofdfuncties. Het gaat dan voornamelijk om gebouwen met meerdere bouwlagen, zoals een winkel (detailhandel) op het gelijksvloer en een bistro (dancing, restaurant en café) of appartementen (woonfunctie) op de eerste verdieping. In steden is een combinatie van functies binnen ruimten of kavels in een gebouw vaak gebruikelijk (bv. een wasbar of een café waar kleding verkocht wordt).

Artikel 4.2.1, 6° VCRO bepaalt het volgende: “niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt.”

Artikel 2 § 1 Functiewijzigingenbesluit bepaalt dat een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen verplicht is als één van de hoofdfuncties (bv. wonen, kantoorfunctie, detailhandel…) van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wordt gewijzigd in een bepaalde andere hoofdfunctie.

Het begrip ‘hoofdfunctie’ kan de indruk wekken dat een gebouw slechts één hoofdfunctie kan hebben en daarenboven ontbreekt het aan een wettelijk definitie van het begrip. Volgens het Departement Omgeving dient het begrip in de spraakgebruikelijke betekenis te worden opgevat, met name ‘de voornaamste of belangrijkste functie’. Daarnaast wordt de hoofdfunctie van een gebouw afgeleid uit de stedenbouwkundige vergunning (inclusief vergunde plannen) in kwestie. Wanneer er echter geen omgevingsvergunning is zal ‘het feitelijk gebruik’ van het gebouw of een gedeelte ervan bepalend zijn, overeenkomstig de definitie van ‘functie’ zoals beschreven in artikel 1.1.2, 5° VCRO.

Zoals hierboven vermeld geldt de vergunningsplicht voor het “geheel of gedeeltelijk wijzigen van de hoofdfunctie”, indien die als vergunningsplichtig is aangemerkt. Uit het woord “gedeeltelijk” kan worden afgeleid dat een gebouw meerdere hoofdfuncties kan hebben of krijgen (Vr. en Antw. Vl.Parl., 2019-20, 18 mei 2020 (Vr. nr. 649 A. De Ridder)).

Het valt op te merken dat artikel 2 § 1 Functiewijzigingenbesluit geen criteria bevat voor de omvang van de ene functie ten opzichte van eventuele andere functies van een zelfde bebouwd onroerend goed. Dit brengt met zich mee dat in een gebouw dus meerdere hoofdfuncties samen kunnen bestaan, zonder dat hier tussen een verhouding (bv. in oppervlakte) bestaat.

Wilt u direct antwoord op uw vragen?

Met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht krijg je binnen 48u een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord.

Ontdek het zelf via onze database. Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan!