Deze week is dat de volgende vraag:
Vraag: Is het tijdelijk plaatsen van een klascontainer in afwijking van de bestemming uit een RUP altijd vrijgesteld?
Antwoord: Neen, deze vrijstelling is alleen mogelijk bij gewestelijke of provinciale RUP’s.
De tijdelijke plaatsing van constructies kan vrijgesteld zijn van de vergunningsplicht (artikel 7.2 Vrijstellingsbesluit). Dit wanneer ze voldoen aan de algemene en bijzondere toepassingsvoorwaarden.
Hierbij is het planningsniveau belangrijk.
Vrijgestelde handelingen worden bij sommige instrumenten niet beschouwd als strijdig met de voorschriften uit deze instrumenten. Dit is het geval bij een gewestplan, APA, gewestelijke en provinciale RUP’s en oude verkavelingen (artikel 4.4.1 §3 lid 1 VCRO).
Bij een aantal instrumenten kunnen vrijgestelde handelingen in principe wel afwijken van de voorschriften daaruit. Dit bij BPA’s, gemeentelijke RUP’s en minder dan 15 jaar oude verkavelingen (artikel 4.4.1 §3 lid 1 VCRO en artikel 1.4 Vrijstellingsbesluit).
De gemeente kan hierover wel nog anders beslissen in haar eigen lokaal beleid, via een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening. Deze verordening bevat een lijst met instrumenten waarbij vrijgestelde handelingen ook niet als strijdig met de voorschriften worden beschouwd (artikel 4.4.1 §3 lid 2 VCRO). De op het perceel aanwezige gebouwen moeten wel hoofdzakelijk vergund zijn (RvVb 2 december 2021, nr. A-2122-0250).
Wist u dat?
Naast de meest actuele informatie, krijgt u met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht ook toegang tot onze helpdesk. Daarmee bezorgen onze experten u binnen de 2 werkdagen een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord op al uw omgevingsrechtelijke vragen.
Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan!