Deze week is dat de volgende vraag:
Vraag: Is elke handeling zonder of strijdig met een omgevingsvergunning een stedenbouwkundig misdrijf?
Antwoord: Nee, alleen het uitvoeren van vergunningsplichtige handelingen zonder of strijdig met een omgevingsvergunning is strafbaar (artikel 6.2.1, 1° VCRO)
Dit betekent dat de volgende handelingen zonder of strijdig met een omgevingsvergunning strafbaar zijn:
Het uitvoeren van vergunningsplichtige handelingen (handelingen vermeld in artikel 4.2.1 VCRO en artikel 4.2.15 VCRO):
-
- zonder of strijdig met een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of voor het verkavelen van gronden (of een stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning)
- na verval, vernietiging of het verstrijken van de termijn van deze vergunning
- in geval van schorsing van deze vergunning
Hieruit volgt dat het op zichzelf uitvoeren van niet-vergunningsplichtige handelingen in principe, op basis van artikel 6.2.1, 1° VCRO, geen stedenbouwkundig misdrijf is.
Merk daarnaast op dat het uitvoeren van vergunningsplichtige handelingen, die geen verband houden met vergunde handelingen, het verval van de omgevingsvergunning niet voorkomt (artikel 99 OVD). Denk bv. aan het bouwen van een appartementsblok in plaats van het bouwen van een vergunde woning. Anders is het bij het niet juist uitvoeren van de vergunde handelingen. Bv. het bouwen van een woning zonder het in de vergunningsvoorwaarde opgelegde groendak. Het bouwen van de woning zelf zal het verval kunnen tegenhouden. Meer hierover staat in de opinie Misdrijven en verval: onwettig uitgevoerde werken ontspringen de dans niet (altijd).
Handelingen
Wel kunnen (ook) niet-vergunningsplichtige handelingen een stedenbouwkundig misdrijf uitmaken wanneer deze strijdig zijn met (artikel 6.2.1, 2° t.e.m. 6° VCRO):
- een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)
- een stedenbouwkundige verordening of verkavelingsverordening
- een stakingsbevel of de bekrachtigingsbeslissing
- een plan van aanleg en verordeningen tot stand gekomen volgens het oude DRO, wanneer het plegen van de schending dateert van na 1 mei 2000
- bouw- en verkavelingsvergunningen verleend volgens het oude DRO
- artikel 5.6.8 § 3 en § 7 VCRO binnen de aangeduide watergevoelige openruimtegebieden
Niet onbelangrijk hierbij is dat een definitie van ‘handelingen’ staat in artikel 1.1.2, 7° VCRO: “werkzaamheden, wijzigingen of activiteiten met ruimtelijke implicaties”. Deze definitie brengt dan ook met zich mee dat niet alle handelingen strijdig met instrumenten van ruimtelijke ordening stedenbouwkundige misdrijven zijn.
Wist u dat?
Naast de meest actuele informatie, krijgt u met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht ook toegang tot onze helpdesk. Daarmee bezorgen onze experten u binnen de 2 werkdagen een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord op al uw omgevingsrechtelijke vragen.
Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan of vul onderstaand formulier in!