Om optimaal het omgevingsrecht toe te passen is inzicht in de praktische kant broodnodig. Daarom publiceren we wekelijks een veelgestelde vraag van onze klanten.

Deze week is dat de volgende vraag:

Geldt de vervalregeling in artikel 99 § 1 OVD ook voor vergunningsplichtige functiewijzingen?

Ja, de vervalregeling in artikel 99 § 1 OVD geldt voor alle omgevingsvergunningen voor stedenbouwkundige handelingen.

Een vergunningsplichtige functiewijziging is een vergunningsplichtige stedenbouwkundige handeling (artikel 4.2.1, 6° VCRO). Daarom valt dit bijgevolg ook onder deze vervalregeling.

In de praktijk spreekt men vaak over “de start van de werken” als aanknopingspunt voor de vervaltermijnen. Toch spreekt artikel 99 § 1, 1° OVD duidelijker over het niet starten van de verwezenlijking van vergunde stedenbouwkundige handelingen binnen 2 jaar. Dit betekent dat de omgevingsvergunning vervalt bij het niet starten van de verwezenlijking van de functiewijziging binnen de 2 jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning.

Een uitgebreide toelichting over het verval van de omgevingsvergunning vind je in de databank van Schulinck Omgevingsrecht.

Een aanvrager kan ook een gezamenlijke aanvraag indienen voor een project met een vergunningsplichtige functiewijziging en vergunningsplichtige bouwwerken. Dan is het mogelijk dat de vergunning maar gedeeltelijk vervalt. De omgevingsvergunning vervalt dan alleen voor het niet-afgewerkte gedeelte van het bouwproject (artikel 99 § 3 OVD).

Wist je dat?

Naast de meest actuele informatie, krijg je met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht ook toegang tot onze helpdesk. Daarmee bezorgen onze experten je binnen de 2 werkdagen een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord op al jouw omgevingsrechtelijke vragen.

Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan!