Deze week is dat de volgende vraag:
Zijn afbraak- of aanpassingswerken opgelegd in rechterlijke of bestuurlijke maatregelen (Titel VI VCRO) vergunningsplichtig?
Antwoord: Nee, deze werken zijn opgelegd in een handhavingsprocedure en niet vergunningsplichtig (artikel 6.6.1 §1 VCRO).
Deze vrijstelling van vergunningsplicht is maar van toepassing op maatregelen:
- opgelegd in uitvoerbare bestuurlijke maatregelen (bestuursdwang en last onder dwangsom) (Titel VI hoofdstuk IV VCRO)
- afgesproken in een minnelijke schikking (Titel VI hoofdstuk IV, afdeling 5 VCRO)
- opgelegd in een uitvoerbaar gerechtelijk vonnis of arrest naar aanleiding van een herstelvordering (Titel VI hoofdstuk III VCRO)
Goed om te weten:
Een burgerlijke procedure over bijvoorbeeld burenhinder staat daarentegen los van een handhavingsprocedure in Titel VI VCRO. Denk aan een veroordeling door de vrederechter tot aanpassingswerken of het vellen van een hoogstammige boom wegens burenhinder. Deze veroordeling is geen rechterlijke (herstel)maatregel opgelegd op basis van Titel VI VCRO (handhaving). Wanneer niet voldaan aan de voorwaarden in het Vrijstellingsbesluit, blijven deze handelingen, ondanks de veroordeling door de vrederechter, dan ook principieel vergunningsplichtig (artikel 4.2.1, 1° en 3° VCRO).
Wist u dat?
Naast de meest actuele informatie, krijgt u met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht ook toegang tot onze helpdesk. Daarmee bezorgen onze experten u binnen de 2 werkdagen een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord op al uw omgevingsrechtelijke vragen.
Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan of vul onderstaand formulier in!