Met de komst van het nieuwe goederenrecht dat in september in werking trad, dreigen heel wat bomen op het openbare domein te verdwijnen. In een poging om de straat- en laanbomen te redden stapten acht natuurverenigingen samen naar het Grondwettelijk Hof (GwH) om de wetswijzigingen aan het Burgerlijk wetboek (Boek III Goederen) aan te vechten. In een arrest van 21 oktober heeft het Hof het beroep echter verworpen.
Nieuwe regelgeving
De nieuwe regeling zorgt ervoor dat de regels van het Veldwetboek, initieel van toepassing tussen privé-percelen en dus buren, nu ook gelden langs openbare wegen. Zo moeten bomen bijvoorbeeld op minstens twee meter van de perceelgrens staan, kunnen overhangende takken gesnoeid worden en mogen doorgroeiende wortels doorgesneden worden.
In heel wat straten staan bomen op het publieke domein dicht bij de perceelgrens met omwonenden. Met de nieuwe regels omtrent de minimale afstanden van beplantingen ten aanzien van de perceelsgrens kunnen buren, na een ingebrekestelling, het recht krijgen om op eigen initiatief overhangende takken te snoeien of doorschietende wortels door te snijden (artikel 3.133 en artikel 3.134 nieuw B.W.).
Deze regels hebben bijgevolg cruciale gevolgen voor o.m. de habitat van vogels, de groene ruimten en het koelvermogen van bomen bij warme temperaturen. Bovendien maken de gewijzigde afstandsregels het moeilijker om nieuwe bomen te plaatsen om het openbare domein. Om deze redenen trokken de belangenverenigingen Natuurpunt, BOS+, Bond Beter Leefmilieu, Trage Wegen, Vereniging voor Openbaar Groen (VVOG), WWF en de Voetgangersbeweging naar het Hof. Maar tevergeefs…
Standpunt Grondwettelijk Hof
Het GwH is van mening dat de toepassing van de betrokken bepalingen op het openbare domein geen inbreuk uitmaakt op de bevoegdheden van de gewesten, noch een schending inhoudt van het beginsel van gelijkheid en non-discriminatie en evenmin een aanzienlijke achtergang in de bescherming van een gezond leefmilieu veroorzaakt.
In het arrest stelt het Hof evenwel enkele belangrijke kanttekeningen:
- de zakelijke gebruiksrechten kunnen enkel maar worden toegepast op de beplantingen op een openbaar domeingoed, op voorwaarde dat ze de openbare bestemming van dat goed niet in de weg staan. Hetgeen veelal het geval lijkt voor openbare wegen en hun bermbeplantingen, aldus het Hof (B.26.1);
- een gewestdecreet mag specifiek afwijkingen voorzien op de algemene regels van het Burgerlijk Wetboek inzake plantafstanden en de daarmee samenhangende rechten van de naburen (B.12.3);
- de nieuwe regeling is enkel van toepassing op nieuwe beplantingen en dus niet op aanplantingen die dateren van voor de inwerkingtreding ervan (B.22.1).
Ondanks bovenstaande nuanceringen, lijken artikel 3.133 en artikel 3.134 B.W.. in elk geval vanaf heden een belangrijke impact te hebben op het openbaar groen.
Meer informatie?
Een concrete vraag m.b.t. het nieuwe goederenrecht? Met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht krijgt u als gemeente niet alleen toegang tot een schat aan informatie, rechtspraak en wetteksten, maar ook binnen 48u een juridisch onderbouwd en praktisch antwoord op uw helpdeskvraag!
Ontdek het zelf via onze database. Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan!