In de plenaire vergadering over het Verzameldecreet van 11 januari 2023 geeft de minister van Omgeving aan dat er verschillende definities van hoogstammige bomen bestaan. Dit leidt volgens de minister tot ongewilde overtredingen. Op 12 januari 2023 volgt een parlementaire vraag aan de minister naar een overzicht van deze definities en de problematiek.
De minister antwoordt dat in het verleden de regelgever bewust een definitie naliet. Vroeger vulden de rechtspraak en de rechtsleer dan ook het begrip hoogstammige bomen in.
Vandaag bestaan er 2 rechtsregels waarvan de toepassing afhankelijk is van bepaalde afmetingen van een boom:
1. Vellen van hoogstammige bomen
Artikel 4.2.1, 3° VCRO bepaalt dat het vellen van een hoogstammige boom vergunningsplichtig is. Een hoogstammige boom is volgens het omgevingsrecht een boom met op een hoogte van 1 meter boven het maaiveld een stamomtrek van 1 meter of meer. Deze boom maakt geen deel uit van een bos of een met bomen begroeide oppervlakte vermeld in artikel 3 §1 en §2 Bosdecreet.
De redactie van Schulinck Omgevingsrecht voegt hieraan toe dat wanneer de principiële vergunningsplicht geldt, een vrijstelling van deze vergunningsplicht mogelijk is. De vrijstelling kan pas wanneer voldaan aan de toepassingsvoorwaarden van het Vrijstellingsbesluit en de voorwaarden in artikel 6.1 Vrijstellingsbesluit. Zo geldt de vrijstelling niet wanneer de handeling in strijd is met een stedenbouwkundige verordening (artikel 1.3 Vrijstellingenbesluit).
De problematiek volgens de minister is net dat verschillende gemeenten stedenbouwkundige verordeningen een strengere vergunningsplicht opleggen. De vergunningsplicht in deze stedenbouwkundige verordeningen wijkt namelijk af van de vergunningsplicht in de VCRO. Dit zou in de praktijk voor verwarring en moeilijke handhaving zorgen. Meer hierover staat in het nieuwbericht Standpunt VVSG over het Verzameldecreet.
Let wel: de vergunningsplicht geldt niet voor het planten van (hoogstammige) bomen. Meer hierover in de vraag van de week Is voor het planten van bomen een omgevingsvergunning nodig?
2. Afstand van bomen
Voor de afstand van beplantingen is de omtrek van de boom in het burgerlijk recht niet belangrijk. Voor artikel 3.133 Burgerlijk Wetboek (BW) is alleen de hoogte van 2 meter van belang om de plantafstand te bepalen. Meer hierover staat in het nieuwsbericht De nieuwe afstandsregels: Plant op voldoende afstand!.
De redactie van Schulinck Omgevingsrecht benadrukt dat de bepalingen van artikel 4.2.1, 3° VCRO en artikel 3.133 BW naast elkaar bestaan. Zo verleent het college van burgemeester en schepenen (CBS) een omgevingsvergunning onder voorbehoud van burgerlijke rechten (RvVb 22 december 2023, nr. A-2223-0368). De uitvoering van een vergunning door de aanvrager staat namelijk los van de beoordeling van de aanvraag door het CBS. Het CBS mag zich dus niet uitspreken over betwiste burgerlijke rechten. Die bevoegdheid komt volgens artikel 144 Grondwet alleen toe aan de rechtbanken.